.
Deeltaak 4 Hoe kunnen we kinderarbeid stoppen
In Nederland is de kinderarbeid nu helemaal opgelost. De eerste stap is gezet
in de regering, met minister Van Houten. Maar in veel landen waar kinderarbeid
nu een probleem is, doen de regeringen niets aan kinderarbeid, omdat ze daar hun
economische groei aan te danken hebben. Verder zijn er veel corrupte
politieagenten. Zij worden flink betaald en delen dan geen boetes uit, zoals bij
ons de arbeidsinspectie doet.
Op tv en in de kranten hoor je steeds meer protest tegen kinderarbeid.
Regeringen vinden het niet leuk als er negatieve dingen over hun land gezegd
worden. Dus dan proberen ze soms wel wat aan het probleem te doen, al blijft het
de vraag of regeringen zich iets van de protesten aantrekken.
Met een boycot van producten die door kinderen zijn gemaakt, zijn regeringen in
ieder geval helemaal niet blij. Unicef heeft een keurmerk ontwikkeld voor
tapijten die zonder kinderarbeid gemaakt zijn.
Maar een nadeel van boycot is, dat de kinderen dan helemaal geen geld meer
verdienen. Daarom moet je dan wel een alternatief voor ze hebben, anders help je
ze van de wal in de sloot.
Ook daar doet Unicef wat aan. Bij veel fabrieken waar kinderen werken, bouwt
Unicef schooltjes, waar de kinderen ’s-middags of ’s-avonds leren lezen,
maar ook beroepsgericht onderwijs krijgen, zodat ze later een beter beroep
kunnen vinden, en hun kinderen niet meer hoeven werken.
Verder wordt er voorlichting gegeven aan kinderen en ouders. Er wordt verteld
over de wetten die er zijn tegen kinderarbeid en hoe slecht het is voor de
gezondheid. En er wordt op gewezen dat school heel belangrijk is, om uit de
cirkel te kunnen stappen. Er wordt gepleit bij de regering dat kinderen gratis
naar school moeten, en een beroepsgerichte opleiding moeten krijgen. Dit is een
goede maatregel zolang er dan ook maar verder geholpen wordt. Want vaak is er
simpelweg geen geld om de kinderen naar school te sturen.